Cabaretier Pieter Verelst haalt zijn inspiratie uit lusteloosheid en hangerigheid. Zo ontstond ook Mijn broer en ik, de voorstelling waarmee hij het Cameretten Festival veroverde. CJP sprak hem over zijn opmerkelijke inspiratiebron.
Eind 2016 won Pieter de juryprijs bij de kweekvijver van het Nederlandse cabaret. Zijn absurde gedachtes maakten het publiek en de jury laaiend enthousiast. Nu rijdt hij met zijn camper door heel Nederland voor de Finalistentour van het Cameretten Festival.
‘Ik kom uit een héél klein dorpje in de Anale Driehoek in België. Deze driehoek wordt gevormd door drie plaatsen: Reet, Kontich en Aartselaar. Type maar in op Google, het bestaat echt! In mijn dorpje wonen maar liefst tien mensen, dus er gebeurt heel erg weinig. Jezelf vervelen is daar heel erg normaal.’
‘Ja, België kent eigenlijk geen cabaret, alleen stand-up comedy. Nederland is daarentegen hét cabaretland van de wereld.’
‘Stand-up comedians beginnen vaak met: ‘Ik liep gisteren in de supermarkt en…’. Het gaat bij hen niet om het verhaal, maar om de grap. Met cabaret is dat anders. Ik vertel met mijn voorstelling een verhaal en speel een personage. Natuurlijk bevat de cabaretvoorstelling grappen, maar het publiek hoeft niet overal om te lachen. Ik vind het juist prettig als mensen af en toe luisteren of geëmotioneerd raken. Bij cabaret gaat het om het hele plaatje.’
‘Iedere Nederlander zegt: ‘Ah, daar heb je die absurde Belg weer.’ Op de een of andere manier worden Belgen vaak absurd genoemd. Best gek. Ik denk dat humor met cultuur te maken heeft. Belgen verdwalen wat meer in hun verbeelding of fantasie. Misschien dat het daardoor absurder overkomt.’
‘Nederlanders zijn ontzettend enthousiast! Ze klappen, juichen en joelen veel meer dan Belgen. Die zijn vaak wat gereserveerder en houden zich wat meer in.’
‘Nee, eigenlijk niet. Ik ben nu vooral op zoek naar mijn eigen publiek. Daar is de finalistentournee van het Cameretten Festival uitermate geschikt voor. Ik speel samen met de publiekswinnaar Alex Ploeg en persoonlijkheidswinnaar Tim Teunissen in 44 theaters in Nederland. Het zijn drie totaal verschillende voorstellingen van ongeveer een half uur, dus daar komt een divers publiek op af: mensen die helemaal niet op mijn humor zitten te wachten en mensen die juist enthousiast raken van mijn show. Volgens mij maakt het niet uit waar het publiek vandaan komt, zolang ze maar van mijn humor houden.’
‘Het gaat over mijn broer en ik. Surprise! Verder gaat het dus ook over verveling, dat was vooral de aanleiding om een voorstelling te maken. Ik speel een jongen die zich verliest in zijn verbeelding door verveling. Snap je het nog? Als je niets hebt te doen, verdwijn je soms in je eigen verbeelding. Daaruit ontstaan hele rare gedachtes, bijvoorbeeld: zolang een varken leeft zit een darm in het varken en heet een darm gewoon een darm. Zodra het varken is overleden, wordt het varken ín de darm gestopt en heet de darm niet meer darm, maar worst.’
‘Verbeelding is denk ik een afweermechanisme tegen verveling. Het feit dat we ons vervelen is inderdaad geen positief gevoel. Om dat gevoel tegen te gaan, beginnen we maar met fantaseren.’
‘Ik heb drie broers: een echte broer, een halfbroer en een stiefbroer. De broer in de voorstelling is een versmelting van drie broers in één.’
‘Ik vergroot hun eigenschappen zo erg uit, dat het absurd wordt. Ze herkennen zichzelf wel, maar weten dat ik alles vertel met een knipoog. Het is niet dat ik hun geheimen op tafel gooi ofzo, maar meer bepaalde handelingen en karaktereigenschappen.’
‘Ik ben sinds kort de trotse bezitter van een camper, daarmee rijd ik tijdens de finalistentournee door heel Nederland. Gisteren heb ik in Almere gespeeld en vanavond sta ik op het podium in een theater in Papendrecht. Ik ga dan niet weer heen en weer naar België, maar slaap lekker in mijn camper. Dat is nu trouwens wel ontzettend koud.’
‘Stom om te zeggen, maar ik hoop dat ik over vijf jaar doe wat ik nu doe. Ik speel nu mijn voorstelling Mijn broer en ik in ruim veertig verschillende theaters in Nederland en in september start mijn eerste avondvullende programma. Daar kijk ik ontzettend naar uit. Hopelijk heb ik over vijf jaar wel mijn eigen publiek in de cabaretwereld opgebouwd.’
‘Hans Teeuwen vind ik extreem grappig. Dat is echt iemand met een fantastische verbeelding. Gisteren zag ik trouwens op YouTube een filmpje van The Great Flydini, een sketch van Steve Martin. Dat is een perfect voorbeeld van het gezegde less is more. Martin staat op het podium, zonder te bewegen en af en toe rollen er voorwerpen uit zijn kruis. Ik lig dan echt op de grond van het lachen.’
‘Veel minder. Ik zit natuurlijk wel vaak én lang in de auto. Dus ik verveel mij weleens tijdens zo’n drie uur durende rit naar huis. Dat is ook goed, want ik schrijf nu aan die eerste avondvullende cabaretvoorstelling. Dus kom maar op met die verveling!’
‘Ja, zeker. Het is waardevol om als kunstenaar af te dwalen naar verbeeldingen. Je kunt die verbeeldingen namelijk omzetten naar werk. Uit verbeelding of fantasie ontstaan vaak de mooiste creaties: van een theatervoorstelling tot een schilderij. Dus als je de mogelijkheid hebt om je stierlijk te vervelen…’
Benieuwd naar de absurde gedachtes en verbeeldingen van Pieter Verelst? Zijn voorstelling Mijn broer en ik is t/m 31 mei te zien in allerlei theaters in Nederland, tijdens de finalistentournee van het Cameretten Festival. Met je CJP-pas krijg je bij veel locaties een flinke korting. Klik hier voor de speellijst en meer informatie.
Met CJP-korting naar het meest veelzijdige theater van Hoofddorp
Met CJP naar het meest architectonisch verantwoorde theater van Oost-Nederland
€ 12,50 last-minute